11/09/2024 | Press release | Distributed by Public on 11/09/2024 03:55
Om een goed idee te krijgen van de ontwikkeling van een land moet je naar de spullen kijken waarover huishoudens beschikken, zo stellen economen Rutger Schilpzand en Jeroen Smits van de Radboud Universiteit. In onderzoek naar lage- en middeninkomenslanden wordt vaak gekeken naar onderwijs, gezondheid of inkomen, maar dat zegt lang niet alles over de stand van zaken in een land. 'Daarom brengen we voor het eerst de ontwikkeling van materiele welvaart van huishoudens in beeld,' legt Schilpzand uit. Hun onderzoek verschijnt vandaag in het Journal of International Development.
Een leven zonder koelkast, televisie, of wasmachine kunnen we ons in Nederland nog maar moeilijk voorstellen, maar tot 1960 waren deze apparaten in de meeste huishoudens niet te vinden. Daarna ging het echter snel: zo'n vijftien jaar later vond je ze in vrijwel iedere keuken en woonkamer. Deze overgang van een samenleving waarin huishoudens nauwelijks over deze spullen beschikken naar een samenleving waarin bijna alle huishoudens erover beschikken noemen de onderzoekers de 'domestic transition' (huishoudelijke transitie). De onderzoekers beschrijven wat deze transitie betekent voor opkomende landen, en welke factoren bijdragen aan een snellere transitie.
Al die spullen waarover huishouden in rijke landen tegenwoordig beschikken, vormen de basisvoorwaarden van wat je een redelijke of acceptabele levensstandaard zou kunnen noemen. 'Praktisch ieder huishouden in de wereld dat rijk genoeg is deze spullen aan te schaffen blijkt dat ook te doen' aldus Smits. 'Dat is niet verwonderlijk, want achter de kleurrijke beelden van markten in ontwikkelingslanden of van vrouwen die de was doen in een rivier gaat een enorme belasting qua tijd en energie schuil die grotendeels op de schouders van de (huis)vrouwen rust.'
De aanschaf van een koelkast of wasmachine leidt direct tot een daling van hun werkdruk en geeft ruimte voor meer productieve vormen van tijdsbesteding, beaamt Schilpzand. 'De huishoudelijke transitie vormt daarmee een belangrijke voorwaarde voor de versterking van de positie van vrouwen wereldwijd.'
In rijke landen is de huishoudelijke transitie al decennia voltooid, maar veel ontwikkelingslanden zitten er nog middenin, of zijn er zelfs nog maar net aan begonnen. De onderzoekers wilden weten of de transitie in opkomende landen vergelijkbaar is met die in Westerse landen enkele decennia eerder, met een langzame start, gevolgd door een snelle sprint naar massa-adoptie van een bepaald item, waarna een plafond werd bereikt. Daartoe keken ze naar onder andere tv- en koelkastbezit in 1342 verschillende regio's binnen 88 lage- en middeninkomenslanden.
Het patroon van de transitie bleek inderdaad weinig te verschillen van dat in Westerse landen, maar zowel tussen als binnen landen blijken grote verschillen in fase en snelheid van de transitie te bestaan. Smits: 'Terwijl China en Mexico al zo goed als door de transitie heen zijn, is deze in de plattelandsgebieden van sub-Sahara Afrika nog nauwelijks begonnen. Daar moet eerst aan basisbehoeftes zoals eten, kleding en onderdak voldaan worden voor mensen überhaupt een koelkast kunnen overwegen.'
De data laten verder zien dat de transitie eerder begint en sneller verloopt in steden. Ook regio's met meer economische ontwikkeling en een hoger opleidingsniveau veranderen sneller. Verder lijkt ook een gunstige verhouding tussen het aantal kinderen en ouderen en de omvang van de werkende bevolking een belangrijke rol te spelen.
'Met onze analyses hebben we een beter beeld gekregen van hoe huishoudens in ontwikkelingslanden er voor staan, wat er nog nodig is om ook daar een redelijke levensstandaard te realiseren, en hoe snel dit zou kunnen gebeuren', aldus Schilpzand.
Schilpzand, R. and Smits, J. (2024), The Domestic Transition: Progress Towards Decent Living of Households in Low and Middle-Income Countries. J. Int. Dev.. https://doi.org/10.1002/jid.3965
Meer weten? Neem contact op met rutger.schilpzand[at] ru.nl(Rutger Schilpzand), jeroen.smits[at] ru.nl(Jeroen Smits)of met Persvoorlichting & Wetenschapscommunicatievia 024 361 6000of media[at] ru.nl(media[at]ru[dot]nl).